Amalia van Solms-Braunfels

Amalia komt als hofdame van de koningin van Bohemen (de Engelse prinses Elizabeth Stuart) mee naar het hof in Den Haag, als de koningin met haar gezin daar in ballingschap gaat wonen. In Den Haag leert ze haar achterneef prins Frederik Hendrik kennen. Omdat Frederik Hendriks broer Maurits als voorwaarde stelt dat Frederik Hendrik snel trouwt, vraagt Frederik Hendrik Amalia ten huwelijk.

Het aanzien van het Huis van Oranje is belangrijk voor Amalia. Vorstelijke pracht en praal hoort hierbij: Amalia richt paleizen in en laat tuinen aanleggen. En het hofleven van Amalia en Frederik Hendrik is vol vorstelijke allure. Voor de status van de Oranje-familie is het belangrijk dat hun kinderen goede huwelijken sluiten. Hun enige zoon Willem – de latere stadhouder Willem II – trouwt met Mary, de dochter van de Engelse koning. De dochters Louise Henriëtte, Henriëtte Catharina en Maria trouwen met Duitse vorsten. Albertine Agnes trouwt met de Friese stadhouder Willem Frederik van Nassau-Dietz.