Verhalen

Prinsjesdag en de Oranjes

7 minuten
Prinsjesdag op 21 september 1815. Toen kwam het nieuwe parlement, bestaande uit de Eerste en Tweede Kamer, voor het eerst bij elkaar in het stadhuis van Brussel

Prinsjesdag

Iedere derde dinsdag van september wordt in Den Haag Prinsjesdag gevierd, een dag die bol staat van tradities en historische betekenis. Prinsjesdag is niet alleen een belangrijke dag voor de politiek, maar ook voor het koningshuis. Wat gebeurt er op Prinsjesdag? Waar komen tradities zoals de Troonrede en het dragen van bijzondere hoedjes vandaan? Welke objecten van Paleis Het Loo zijn verbonden met Prinsjesdag?

Prinsjesdag 1968. Van links naar rechts: prinses Margriet, prinses Christina, mr. Pieter van Vollenhoven, koningin Juliana, prins Claus en prins Bernhard
Prinsjesdag 1968. Van links naar rechts: prinses Margriet, prinses Christina, mr. Pieter van Vollenhoven, koningin Juliana, prins Claus en prins Bernhard. Foto: Nationaal Archief, Fotocollectie Elsevier, Anefo

De oorsprong van Prinsjesdag

Zoals de naam doet vermoeden is de geschiedenis van Prinsjesdag nauw verbonden met het koningshuis en met de regering. Prinsjesdag dankt zijn naam aan de verjaardag van stadhouder Willem V (1748-1806), die op 8 maart werd gevierd door zijn aanhangers. Omdat Willem V een afstammeling is van Willem van Oranje, worden zijn aanhangers Oranjegezinden genoemd. In de 18e eeuw gebruikten zij deze dag om hun trouw aan de Oranjes te tonen, vooral in de onrustige periode van de Patriotten, die kritisch waren over de invloed en macht van de stadhouder. Later werd de naam “Prinsjesdag” behouden, maar kreeg het een nieuwe invulling: de opening van de Staten-Generaal, het parlement van Nederland. De eerste Prinsjesdag was op 21 september 1815. Het parlement bestaat uit de Eerste en de Tweede Kamer en maakt wetten en controleert het beleid. Bij de opening van de Staten-Generaal zijn leden van het koninklijk huis aanwezig.

Van maandag naar dinsdag

Het was niet altijd op de derde dinsdag in september. Voor 1848 vond Prinsjesdag plaats op de eerste maandag van november. Dit bleek onhandig omdat het parlement niet voldoende tijd had om de geldzaken van het land, de begroting, voor het einde van het jaar te behandelen. Ook was de maandag onhandig voor de christelijke partijen: parlementsleden uit de verre provincies moesten al op zondag vertrekken om op tijd in Den Haag te zijn. Daarom werd in 1887 besloten om Prinsjesdag naar de derde dinsdag in september te verplaatsen. Sindsdien is de derde dinsdag in september vastgelegd in de grondwet.

Prinsjesdag op 21 september 1815. Toen kwam het nieuwe parlement, bestaande uit de Eerste en Tweede Kamer, voor het eerst bij elkaar in het stadhuis van Brussel
Prinsjesdag op 21 september 1815. Toen kwam het nieuwe parlement, bestaande uit de Eerste en Tweede Kamer, voor het eerst bij elkaar in het stadhuis van Brussel. Foto: Paleis Het Loo, langdurig bruikleen Geschiedkundige Vereniging Oranje-Nassau

Wat gebeurt er op deze dag?

Prinsjesdag verloopt volgens een vast programma, dat door de jaren heen veranderd is. De dag begint met een grootse militaire stoet door de straten van Den Haag. De stoet bestaat uit leden van het koningshuis, hofpersoneel, politie te paard, muziekkorps en verschillende onderdelen van defensie.

De stoet is een feestelijke optocht, geïnspireerd op tochten die werden gehouden om de koning of koningin te vieren, net zoals de Romeinen en mensen in de middeleeuwen hun overwinningen vierden. Het is ook gebaseerd op het middeleeuwse gebruik waarbij de koning de rechten van de stad en burgers erkent en daarmee laat zien dat hij de stad en de mensen daarin belangrijk vindt.

Door de eeuwen heen veranderde de samenstelling steeds een beetje. Zo wilde koning Willem II graag zelf op een paard rijden in plaats van in een koets. Willem I gebruikte sinds 1826 de Glazen Koets, die koning Willem-Alexander en koningin Máxima sinds een paar jaar in plaats van de Gouden Koets gebruiken. Deze koets is het oudste uit het koninklijk staldepartement en wordt getrokken door acht paarden.

Prinsjesdag op 19 september 1864. In de militaire stoet richting de Ridderzaal rijden koning Willem III en zijn twee zonen Prins Willem (1840-1879) en Prins Alexander (1851-1884) in de Glazen Koets
Prinsjesdag op 19 september 1864. In de militaire stoet richting de Ridderzaal rijden koning Willem III en zijn twee zonen Prins Willem (1840-1879) en Prins Alexander (1851-1884) in de Glazen Koets. Foto: Paleis Het Loo
Oefenen met de paarden van het Koninklijk Staldeparment tijdens Koninklijke paardenkracht op Paleis Het Loo
Oefenen met de paarden van het Koninklijk Staldeparment tijdens Koninklijke paardenkracht op Paleis Het Loo. Foto: Paleis Het Loo

Het zijn net mensen

De acht paarden voor de Glazen Koets worden met zorg geselecteerd en getraind om goed samen te werken. Elk paard heeft zijn eigen voorkeur, bijvoorbeeld of het liever vooraan of naast een bepaald ander paard loopt. Tijdens het stallenweekend eind augustus op Paleis Het Loo werd er dan ook veel geoefend om de ideale combinatie te vinden.

Het rijden van de Glazen Koets wordt uitgevoerd door ervaren koetsiers en rijknechten. Vooraan op de Glazen Koets, op de bok, zit de eerste koetsier. Die bestuurt de achterste zes paarden. De voorste twee paarden worden geleid door een zogenoemde postiljon. Die zit op een van de twee voorste paarden. De koetsiers en rijknechten dragen rijk versierde kostuums met gouden bedrukking en het koninklijke logo, gala-tenue genaamd. Ook de paarden hebben speciale, versierde tuigen.

De tekening hieronder laat een gala-tenue zien. Op Prinsjesdag 1900 werd deze tekening van Heinrich Martin Krabbé van koetsier-majoor Gerardus Cornelis van Koert gemaakt. De koetsier-majoor is verantwoordelijk voor de paardenafdeling van het koninklijk staldepartement en ziet tijdens Prinsjesdag toe op het in- en uitstappen van de koninklijke familie uit de rijtuigen in de stoet. Van Koert droeg het gala-tenue: een donkerblauwe gala-jas met goudgalon, witte pruik, schoenen met koperen gespen en witte leren handschoenen. Om zijn schouder hangt een gouden koord, nestel genaamd, en twee nestelpennen. Dit wordt gedragen als er een lid van de koninklijke familie in de koets zit.

Tekening van Heinrich Martin Krabbé van koetsier-majoor Gerardus Cornelis van Koert
Tekening van Heinrich Martin Krabbé van koetsier-majoor Gerardus Cornelis van Koert. Foto: Paleis Het Loo, langdurig bruikleen Koninklijke Verzamelingen, Den Haag

De Troonrede

Na de stoet arriveert de koning in de Koninklijke Schouwburg (dit jaar vanwege de verbouwing van het Binnenhof) om de Troonrede voor te lezen. De Troonrede is een belangrijke toespraak, waarin hij vertelt wat de regering volgend jaar gaat doen, de zogenoemde beleidsplannen. Tegelijkertijd wordt de rijksbegroting in het welbekende koffertje gepresenteerd. De troon waarop de koning zit, de Ridderzaaltroon, is ontworpen door architect Pierre Cuypers in 1904. Alleen op Prinsjesdag neemt de koning plaats op deze troon. De troon was te zien in de tentoonstelling Kracht van de Troon.  

De Ridderzaaltroon, ontworpen door Pierre Cuypers in 1904
De Ridderzaaltroon, ontworpen door Pierre Cuypers in 1904. Foto: Paleis Het Loo.

Prinsjesdag in de collectie van Paleis Het Loo

Een aantal objecten in de collectie van Paleis Het Loo zijn verbonden met Prinsjesdag. Zo zijn de jurken gedragen door Wilhelmina op Prinsjesdag 1938 en door Juliana op Prinsjesdag 1968 in langdurig bruikleen gegeven aan Paleis Het Loo door de Koninklijke Verzamelingen.

De jurk gedragen door Koningin Juliana op Prinsjesdag 1968
Koningin Juliana draagt deze jurk op Prinsjesdag 1968. Foto: Paleis Het Loo, langdurig bruikleen Koninklijke Verzamelingen, Den Haag
Dezelfde jurk terwijl Koningin Juliana uit de Gouden Koets stapt
Dezelfde jurk terwijl Koningin Juliana uit de Gouden Koets stapt. Foto: Nationaal Archief, Fotocollectie Elsevier, Anefo

De hoedentraditie en politieke statements

Hoewel Prinsjesdag vol zit met tradities, is één daarvan relatief jong: de hoedjes. Deze traditie begon in 1977, toen VVD-kamerlid Erica Terpstra voor het eerst een hoed droeg als eerbetoon aan koningin Juliana. Ze wilde hiermee meer kleur en zichtbaarheid voor vrouwelijke Kamerleden stimuleren, aangezien er op dat moment slechts 21 vrouwelijke leden in de Tweede Kamer zaten. Inmiddels is het dragen van een hoed uitgegroeid tot een vast onderdeel van Prinsjesdag, waarbij vrouwelijke parlementsleden ze nu ook inzetten om politieke statements te maken.

Erica Terpstra tijdens Prinsjesdag 1977
Erica Terpstra tijdens Prinsjesdag 1977. Foto: Nationaal Archief, Fotocollectie Anefo, Rob Bogaerts