Verhalen

De bedkamers van Willem & Mary

De bedkamer van stadhouder Willem III met blauw staatsiebed

In oktober 2024 presenteert Paleis Het Loo een bijzondere toevoeging aan de slaapkamer van Willem III: het blauwe staatsiebed van Kasteel Keppel keert na meer dan twintig jaar terug. Dit moment is aanleiding om nieuwe inzichten te delen uit het recente onderzoek van Miara Fraikin, die haar proefschrift wijdde aan de functie en het gebruik van bedkamers in vroegmoderne paleizen. Haar bevindingen geven inzicht in de historische rol van deze kamers, bijvoorbeeld ook op Paleis Het Loo, waar Willem III en zijn vrouw Mary hun stempel drukten op het ontwerp en de gebruiken van hun persoonlijke ruimtes. Wat is een bedkamer? Waarom hadden Willem en Mary er allebei twee en hoe werden ze gebruikt?

De bedkamer van stadhouder Willem III met marottafel
De bedkamer voor de plaatsing van het bed
De bedkamer van stadhouder Willem III met blauw staatsiebed
De bedkamer na de plaatsing van het bed

Wat is een bedkamer?

Een bedkamer in de tijd van Willem en Mary was meer dan een ruimte om te slapen. In de 17e en 18e eeuw had de bedkamer een belangrijke ceremoniële rol, vooral aan koninklijke hoven. Waar wij vandaag een slaapkamer beschouwen als een privéplek, fungeerde de bedkamer in paleizen juist vaak als een semi-publieke ruimte waar belangrijke rituelen plaatsvonden.

Aan het hof van Willem en Mary hadden beiden twee bedkamers: een publieke en een privéruimte. Deze scheiding tussen de publieke en private bedkamer werd overgenomen van zowel het Franse als het Engelse hof. Uit onderzoek van Miara Fraikin blijkt dat de bedkamers op Paleis Het Loo een soort samensmelting was van de Franse en Engelse koninklijke bedkamer. Aan het Franse hof is zichtbaarheid heel belangrijk. Vanaf de 16e eeuw mogen hovelingen en belangrijke gasten kijken hoe de koning opstaat en van een menselijke slaper, aangekleed wordt en daarmee verandert in een ‘vergoddelijkte’ koning. De bezoeker stond wel achter een lage balustrade waardoor de afstand bleef. De tweede bedkamer was het vertrek waar de vorst zich kon terugtrekken voor slaap en rust.

Receptie van de kardinaal Chigi in de bedkamer van Lodewijk XIV op het kasteel van Fontainebleau.
Receptie van de kardinaal Chigi in de bedkamer van Lodewijk XIV op het kasteel van Fontainebleau. Foto: 1995 RMN-Grand Palais (musée du Louvre) / Daniel Arnaudet.

De bedkamers van Willem III en Mary bij Paleis Het Loo

Het Loo wordt in 1686 gebouwd door stadhouder Willem III en zijn Engelse vrouw prinses Mary, toen hij nog stadhouder van de toenmalige Republiek (een deel van het huidige Nederland) was. Na hun kroning in 1689 tot koning en koningin van Engeland, Schotland en Ierland, liet Willem III verschillende van zijn paleizen en kastelen verbouwen, waaronder Paleis Het Loo. Uit plattegronden en inventarissen van Paleis Het Loo blijkt dat zowel Willem als Mary twee bedkamers kregen. Hoewel de ceremonie net als in Frankrijk toegankelijk was, was deze groep kleiner.  

Naar voorbeeld van zijn Engelse voorganger Karel II van Engeland gebruikte Willem in zijn Engelse paleizen de grote bedkamer voor ceremoniële doeleinden, zoals het aankleden in het bijzijn van een select gezelschap. Net als in Frankrijk, introduceerde Willem daar een hek in zijn bedkamer om de afstand tussen hem en zijn bezoekers te bewaren, hoewel de ceremonie toegankelijk was voor een kleinere groep vertrouwelingen dan aan het Franse hof gebruikelijk was.

Interessant is dat Miara Fraikin in haar onderzoek aantoont dat Willem III deze koninklijke gebruiken ook meenam naar de Republiek;  zijn gedrag was in de Nederlanden dus niet zo ingetogen als men lange tijd heeft gedacht. De introductie van twee bedkamers en het uitvoeren van rituelen in zijn paleizen, zoals Paleis Het Loo, waren manieren voor Willem om zijn koninklijke status ook hier te benadrukken.

Bedkamer prinses Mary
De bedkamer van prinses Mary. Foto: Paleis Het Loo

Mary’s slaapkamers

Mary, de echtgenote van Willem III, had al vóór haar kroning twee bedkamers in haar appartementen in de Republiek, zoals in het Stadhouderlijk Kwartier en Huis Honselaarsdijk. Deze dubbele kamers waren geïnspireerd op eerdere Engelse koninginnen. Hoewel er weinig details bekend zijn over hoe Mary haar bedkamers precies gebruikte, weten we wel dat haar lichaam na haar dood in 1694 in haar Londense paleis werd opgebaard in de Great Bedchamber. Dit benadrukt het officiële en ceremoniële karakter van deze kamer.

Opbaring van Maria II Stuart op het praalbed van vermoedelijk de great bedchamber op Hamtpon Court.
Opbaring van Maria II Stuart op het praalbed van vermoedelijk de great bedchamber op Hampton Court. Foto: Rijksmuseum, Amsterdam.

Een bijzondere terugkeer

In oktober 2024 is het heel kwetsbare blauwe staatsiebed herplaatst in de slaapkamer van prins Willem III in Paleis Het Loo. Het gaat dus om de periode voordat Willem III koning van Engeland, Ierland en Schotland werd. Dit late 17e-eeuwse hemelbed, oorspronkelijk afkomstig van Kasteel Keppel, keert nu voor minstens acht jaar terug naar Paleis Het Loo. Het bed, bekleed met blauw damast en gedecoreerd met vazen en pluimen op de bedhemel, geeft een indruk van een laat 17e-eeuwse stadhouderlijke slaapkamer. De kleuren van de kamer, aurora, een lichtgele kleur, dat refereert aan de dageraad, is gebaseerd op de inventaris van Paleis Het Loo uit 1702-1713. In deze slaapkamer wordt “aurora damast met blauwe franjes” vermeld.

De terugkeer van het blauwe staatsiebed en de nieuwe inzichten uit Fraikin’s onderzoek laten zien hoe belangrijk de bedkamers waren voor de vorstelijke zelfrepresentatie en politiek en sociale omgangsvormen van die tijd.